Heel af en toe hou ik van creatief gepriegel in de keuken. En toen ik op Pinterest een foto zag van appeltaartjes in een appel werd ik een tikkeltje enthousiast. Aan de slag dus maar met mijn periodieke gepriegel. Conclusie: heel leuk om te maken en erg lekker om te eten. Maak deze appeltjes als dessert en het wordt een gegarandeerde hit!
Wat heb je nodig voor 4 personen:
2el rozijnen
rum
100gr bloem, gezeefd + extra om te bestuiven
50gr koude roomboter in kleine stukjes
10gr witte basterdsuiker
2 scharrel eieren
4 granny smith appels (check bij het kopen of ze op hun ‘kont’ kunnen blijven staan, anders vallen ze om in de ovenschaal)
1 citroen
3el (fijne) kristalsuiker
1el kaneel
Wat je gaat doen:
Doe de rozijnen in een bakje en laat ze wellen in de rum.
Doe de bloem en de basterdsuiker bij elkaar en meng goed door elkaar heen. Voeg de stukjes roomboter toe en de helft van 1 losgeklopt ei. Kneed met je handen tot een samenhangend deeg wat loslaat van de zijkanten van de schaal (gaat vrij snel). Maak een bal van het deeg die je iets plat drukt. Verpak deze in folie en leg 30 minuten in de koelkast om te rusten.
In de tussentijd ga je de appels schoonmaken en dit is een secuur werkje. Zet voordat je begint een bak met water klaar waar je wat citroensap in hebt gesprenkeld. Leg daarnaast ook een halve citroen klaar naast je werkplank. De appels ga je van binnen helemaal uithollen zonder de appels te beschadigen. En daarnaast wil je de appel die eruit komt ook nog gaan hergebruiken.
Snijd de bovenkant van de appel eraf. Neem een klein scherp mis en maak aan de bovenkant schuine inkepingen rondom het klokhuis. Je kunt daarna redelijk makkelijk de helft van het klokhuis er zo uit wippen. Daarna snijd je voorzichtig tussen de schil en het vruchtvlees zodat je de appel eruit kunt snijden. Maak je niet druk of je netjes snijdt, dat gaat toch niemand zien in het eindresultaat. Je enige zorg is dat je niet door de schil heen snijdt. Voor de onderkant is het handig om een metalen lepel te gebruiken, daarmee schep je als het ware de appel leeg. De klokhuis delen gooi je uiteraard gelijk weg en het vruchtvlees snijd je in stukjes en leg je even in het water met citroensap.
Als de appel leeg is, sprenkel je er wat citroensap in en smeer je dat met je vingers uit aan de binnenkant en bovenste rand van de appel. Zodat je geen lelijke verkleuringen krijgt. Aan het einde van de rit zien je appels er dan zo uit.
Nu is het ook tijd om de oven voor te verwarmen, op 200gr.
De vulling van de appels maak je door de appelstukjes te mengen met de gewelde rozijnen, kaneel en suiker. Hiermee vul je de appels tot aan de rand.
Bestrooi je aanrecht met wat bloem en haal het deeg uit de koelkast. Rol het deeg uit tot een dunne lap en snijd er slierten van circa 1 cm breed. De lengte is voor nu niet zo belangrijk. Dat kan je makkelijk eraf halen als je de appels ermee afgedekt hebt.
Bedek de appeltjes met de deeg slierten in een ruitjes motief; 3 naast elkaar en er kruislings weer 3 overheen. Snijd of trek de te lange zijkanten van de slierten eraf. Het deeg moet tot maximaal 2cm vanaf de bovenkant van de appel komen. Bestrijk het deeg met een kwastje met losgeklopt ei.
Zet de 4 appels in een ovenschaal waar ze makkelijk in kunnen staan. Giet een klein laagje water in de schaal (de appels moeten net in het water staan) en schuif de schaal in de oven. De appels hebben ongeveer 20min nodig om te garen. Als het deeg aan de bovenkant mooi bruin is dan zijn ze klaar.
Als nagerecht is het heerlijk om deze appeltjes te serveren met een bolletje goede vanilleijs en wat dikke room. Of met een toef lemon curd in een bakje erbij.
