We kennen ‘m eigenlijk niet zo goed in Nederland, de kweepeer. Wat zonde is, want deze geel-groene vrucht die verwant is aan de appel, peer en lijsterbes is namelijk een echte traktatie. Niet om rauw te eten trouwens, het vruchtvlees is vrij hard en zuur en daarom is het noodzakelijk om de vrucht eerst te verwarmen.
Maar dat maakt de kweepeer ook weer een enorm veelzijdig ingrediënt. Voeg bijvoorbeeld eens stukjes toe aan een stoofschotel of ragout. Karameliseer eens partjes in de koekenpan voor in een salade. Maar ook in baksels (een kweeperen tarte tatin!) smaakt de kweepeer heel lekker en natuurlijk in gelei of jam. Of maak er dus kweeperenchutney van, wat ik deed. Heerlijk voor bij gevogelte of een (vegetarische curry), maar ook lekker op een broodje met kaas.