Eigenlijk baal ik enorm van raapstelen. Ik vind ze zo lekker dat ik het niet eerlijk vind dat ze alleen in de lente verkrijgbaar zijn. Wellicht is dat ook wel de reden dat ik een kleine verliefdheid voor ze heb ontwikkeld en vind dat veel meer Nederlanders ze eens moeten eten. Bij mij ontstaat het verlangen naar raapstelen op het moment dat de eerste zonnestralen doorbreken. “Ja, ja, ja, zouden ze er al zijn?”, om vervolgens een klein dansje te doen van geluk als de groenteboer ze heeft liggen.
Wat raapstelen precies zijn, vraag je je wellicht nu af? Het is een bladgroente die alleen in de lente verkrijgbaar is, het loof van jonge meiknolletjes. Met kleine, frisse blaadjes en een kruidige, licht pittige smaak. Je kunt ze rauw eten, in een salade, in een lentestamppot, pesto van maken, groentetaartjes mee bakken, roerbakken (heel kort) of verwerken in deze spaghetti met tuinbonen en raapstelen. Eigenlijk doe ik heel weinig ermee. Ik hak grof (onderkant stelen weggooien), spoel, laat drogen en verwerk direct. Omdat de blaadjes zo teer zijn, wil je er ook niet teveel mee doen. Anders blijft er niets van over.
De tuinbonen zijn nu trouwens ook net weer in het seizoen. Leuk om samen met je kids te doppen. Zie hier de mijne aan het werk. Je kunt ze niet vroeg genoeg leren om hun eigen boontjes te doppen.
Wat je nodig hebt voor 4 personen
– 400gr spaghetti
– zout
– 2 handen vol verse gedopte tuinbonen (ik kocht ongeveer 750gr ongedopte tuinbonen)
– 200ml room
– 1 bos raapstelen, grofgehakt
– rasp van ½ citroen
– zwarte peper
Wat je gaat doen
Bereidingstijd: 20 minuten
Kook de spaghetti al dente in ruim kokend water met zout. Voeg de laatste 5 minuten de tuinbonen toe en kook deze mee in hetzelfde vocht. Giet daarna af in een vergiet.
Doe alles terug in de pan en roer de room, raapstelen en citroenrasp erdoor. Proef en breng op smaak met zout en gemalen zwarte peper. Serveer direct.
Volg Francesca Kookt! ook op Facebook, Twitter, Google+, Bloglovin’ of Instagram.