De eerste keer dat ik deze kokosflensjes zag, en at, had ik geen idee wat ik aan het eten was. Maar laat ik eerlijk zijn, toen ik 10 jaar geleden de Surinaamse keuken ontdekte door mijn Mr. had ik van vrijwel alles geen idee wat ik at ;-). Deze Javaans-Surinaamse flensjes die goelong goelong heten, komen oorspronkelijk uit Java. Je kunt ze dus ook kennen als dadar gulung vanuit de Indonesische keuken. De smaakverschillen tussen de Surinaamse en Indonesische versies zijn subtiel, maar wel duidelijk te proeven. Zo wordt in Indonesië veelal gula djawa (palmsuiker) gebruikt terwijl er in goelong goelong vaak gewone suiker gaat. Soms wordt daar nog amandel-, rum- of cola essence aan toegevoegd. Zo heeft iedereen zijn of haar eigen recept ervoor.
Deze mooi roze gekleurde flensjes zijn gevuld met een heerlijk, ingekookt kokosmengsel. Mierzoet ook trouwens, soms voor mij iets té en daarom heb ik tijdens het testen van het recept ook een versie gemaakt met minder suiker en die beviel me prima. Daarnaast maakte ik ze kleiner en rolde halve flensjes op tot dunne rolletjes. Is trouwens nog steeds flink zoet, dat hoort gewoon, maar nu wel subtieler en een kleinere portie dan wanneer je er envelopjes van vouwt.
Nog even over de kleur, niet geheel onbelangrijk! Ik heb mijn flensjes en vulling knalroze gemaakt, vind ik mooi én mijn peuter noemt ze daardoor Barbie pannenkoekjes. We hebben trouwens ook Hulk pannenkoekjes, dat is de groene versie van de kokosflensjes. Die kun je maken met groene kleurstof of pandanextract. Voor de roze versie gebruik je een paar druppels (natuurlijke) rode kleurstof, maar je kunt ook bietensap gebruiken. Daarvan worden ze wat lichter roze, aan jou de keuze.
Ingrediënten
Voor de vulling:
- 200 ml kokosmelk, uit blik, eerst even goed schudden
- 75 gr kristalsuiker
- 100 gr kokosrasp
- 1 zakje vanillesuiker
- 1 tl amandelessence
- 2 druppels rode kleurstof
Voor de flensjes:
- 200 ml kokosmelk, de andere helft uit het blik
- 80 ml melk
- 1 ei
- 100 gr bloem
- snufje zout
- 2 - 4 druppels rode kleurstof
- zonnebloemolie
Aan de slag!
- Meng voor de vulling alle ingrediënten door elkaar in een brede pan. Breng al roerend rustig aan de kook en draai daarna het vuur lager. Laat op lage temperatuur een minuut of 15 tot 20 minuten pruttelen tot al het vocht is verdampt en je een mooie, compacte massa hebt. Laat dit afkoelen en daarna is je vulling gereed.
- Klop voor de flensjes alle ingrediënten (met uitzondering van de zonnebloemolie) door elkaar in een kom. Zorg ervoor dat er geen klontjes in het beslag zitten (haal eventueel door een zeef als het mis gaat). Het aantal druppels kleurstof kun je naar eigen wens toevoegen. Hoe meer druppels, hoe meer roze de flensjes zullen worden. Vind je het beslag nog iets te dik (kan aan het type kokosmelk liggen), klop dan nog wat extra melk erdoor.
- Verhit een koekenpan met antiaanbaklaag (ik gebruikte een koekenpan met een diameter van 24 cm) tot deze goed heet is en draai daarna het vuur terug tot middelhoog (zeker niet te hoog). Vet de pan in met een klein scheutje olie en schenk een deel van het beslag in de pan, draai de pan rond zodat het beslag goed verdeeld is. Het flensje mag niet te dun of te dik worden, want in beide gevallen zullen ze dan gaan scheuren als je ze oprolt. Test anders eerst één flensje voordat je de rest bakt. Als je eenmaal de perfecte dikte te pakken hebt, kan het niet mis gaan.
- Laat nu rustig aan één kant garen tot het flensje volledig is gegaard. Draai ‘m niet om, want de bovenkant wordt straks egaal roze en dat wordt de buitenkant van je kokosflensje, en daar wil je geen bruine plekken op. Zet eventueel een glazen deksel op de pan om het proces te versnellen. Herhaal dit voor de overige 5 flensjes. Leg ze daarna op een bord om iets af te koelen.
- Zodra de vulling is afgekoeld kun je gaan vullen. Leg een flensje met de mooi roze kant naar beneden en snijd daarna doormidden. Leg een reep van de vulling op de lange kant van het flensje. Rol daarna het flensje vanaf de lange kant op. Snijd eventueel de zijkantjes eraf zodat je een mooi strak kokosflensje krijgt. Die zijkantjes eet ik meestal gelijk op, maar dat terzijde ;-).
- Tip: Met deze werkwijze krijg je dus dunne, halve kokosflensjes. Maar je kunt er ook envelopjes van maken. Dan zou ik wel een kleinere koekenpan gebruiken zodat je kleinere, dunne flensjes kunt bakken.
- Serveer de kokosflensjes lauwwarm (dan zijn ze het lekkerst), strooi er eventueel nog wat geraspte kokos over, of pak ze per stuk in vershoudfolie en bewaar ze daarna in de koelkast tot gebruik.
Notities
- Met dit recept maak je 12 - 16 stuks.
- Bereiding: 45 minuten.
- Tip: Heb je nog vulling over? Deze kun je prima nog een paar dagen afgedekt in de koelkast bewaren. Bak dan nog een paar flensjes, vul ze, pak ze per stuk in vershoudfolie en vries ze daarna in. Zo heb je altijd een voorraadje in huis.
Recept: Francesca, Fotografie: DeedyLicious
